Hoe vervelend ook, voor veel veteranen geldt dat het huishouden niet meer gaat zoals ze gewend waren. Dit onderwerp levert regelmatig frustratie op wanneer hiervoor ondersteuning gevraagd wordt. Soms lijkt het wel of de partijen die hierover moeten oordelen zich niet realiseren dat het schoonhouden van de leefomgeving voor militairen een dril is die je nooit meer kwijtraakt. Als dat niet meer kan op de manier die iemand gewend was, dan is dit een flinke aanslag op het gevoel van zelfstandigheid. Gelukkig is het mogelijk om hier ondersteuning voor te krijgen. Nog steeds vervelend, dat een vreemde tussen jouw eigen spulletjes, jouw rotzooi zit schoon te maken, maar in ieder geval blijft de boel netjes en schoon.
Hoe is dit geregeld in Nederland
Ongetwijfeld heb je wel een gehoord van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). Niet alleen veteranen ervaren beperkingen, dat komt in onze maatschappij meer voor. Gemeenten zijn daarom verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn. Beperkingen in huishouding valt hier onder.
Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente. Je kan wat meer lezen op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/zorg-en-ondersteuning-thuis/wmo-2015 .
Moet je naar de gemeente?
Dat kan geëist worden. Het komt best vaak voor dat een Case Manager of Maatschappelijk Werker van het NLvi aangeeft dat je naar de gemeente moet. Het vervelende hierbij is dat elke gemeente zijn eigen Wmo verordening en beleidsregels heeft opgesteld. Vroeger (voor 2007) was Hulp bij het huishouden geregeld via de Algemene Wet Bijzondere Zorg. Er was toen een landelijk geldend protocol. Nu niet meer. Dat kan dus betekenen dat iemand in Amsterdam aan andere regels moet voldoen dan iemand in Maastricht. Ook de uitkomst kan anders zijn. In ieder geval wordt als basis genomen dat wanneer er meerdere mensen zelfstandig samenwonen (dus bijvoorbeeld met partner) bij uitval van een van de leden, dat aandeel door andere leden wordt overgenomen. Daarnaast kan het zijn dat er een inkomensgrens is waardoor er besloten kan worden dat je zelf maar huishoudelijke hulp moet regelen.
Huishoudelijke hulp bij Volledige Schadevergoeding over Wmo
Er bestaat een Commissie van Advies Volledige Schadevergoeding. Dit is een commissie die is ingesteld toen de Wet Volledige Schadevergoeding actief werd. Wanneer een veteraan (iemand die schade vergoed wil hebben) en het Ministerie van Defensie (Degene die aansprakelijk gehouden wordt) het niet eens kunnen worden over een onderwerp, kan door de minister een uitspraak over dit onderwerp bij deze commissie gevraagd worden. Het instellingsbesluit van deze commissie is niet opvraagbaar op het moment van dit artikel. Over de samenstelling kan dus geen informatie gegeven worden. Ook niet in welke mate de minister een advies moet opvolgen.
In 2016 heeft de minister een aantal vragen gesteld over huishoudelijke hulp en in welke mate het ministerie schade hieromtrent moet vergoeden. In die uitspraak staan een aantal belangrijke punten.
Mogelijkheden en benutten van mogelijkheden
Bij aanvragen op grond van de Wmo geldt dat een burger een eigen verantwoordelijkheid heeft om zelf de mogelijkheden te onderzoeken en te benutten die hem weer in staat stellen om actief te participeren in de samenleving. De Centrale Raad van Beroep heeft hierover in jurisprudentie aangegeven dat het indienen van een schadeclaim tegen een voor schade aansprakelijke partij hieronder wordt begrepen. Kort gezegd, als de noodzaak voor huishoudelijke ondersteuning is ontstaan door een situatie waarbij een dienstverband is aanvaard, dient een veteraan deze kosten neer te leggen bij Defensie op grond van de Wmo.
Bovenstaande is een deel van het antwoord op de vraag:
Kan Defensie in UVS-procedures, waarin wordt verzocht om een vergoeding voor huishoudelijke hulp, volstaan worden met een verwijzing naar de Wmo en het in die zaken gegeven oordeel van de gemeente?
Het antwoord was ontkennend. Nee dus.
Voorzieningenregeling
De behoefte aan huishoudelijke hulp ontstaat niet pas als je jouw schade wil regelen, maar op het moment dat het niet meer goed gaat met je. Gelukkig is er een Voorzieningenregeling voor militaire oorlogs- en dienstslachtoffers. Hierin is huishoudelijke hulp ook opgenomen. Maar hier zijn wel een aantal bijzonderheden bij.
Er kan een financiële vergoeding gegeven worden voor de kosten van de eigen bijdrage voor huishoudelijke hulp wanneer deze hulp door een instelling voor gezinsverzorging kan worden verleend. Wanneer een instelling deze hulp niet kan geven dan worden de kosten voor het zelf inhuren van huishoudelijke hulp volgens een jaarlijks vast te stellen uurloon vergoed. Op het moment van schrijven was te vinden dat dit maximaal €19,= per geïndiceerd uur is. De eerdergenoemde instelling moet dan een indicatiestelling hebben afgegeven. Ook de kosten voor die indicatiestelling worden vergoed.
Zoals al eerder gezegd wordt vaak door de Case Managers en Maatschappelijk Werkers verwezen naar de Wmo. Het antwoord van de Commissie van Advies Volledige Schadevergoeding waaruit blijkt dat een veteraan deze kosten bij de voor schade verantwoordelijke moet claimen maakt dat het de vraag is of defensie niet gelijk vanuit de zorgplicht (en schadebeperking) vanuit de Voorzieningenregeling de huishoudelijke ondersteuning moet regelen. Dat zou voor een veteraan minder belastend zijn en veel stress schelen.
Het moge duidelijk zijn dat wanneer een indicatiestelling is uitgevoerd en het verzoek vanuit de Voorzieningenregeling niet wordt ingewilligd, dat de schade tot dat moment eenvoudig berekend kan worden. De beoordeling vanuit de gemeente op grond van de Wmo doet er niet toe. Wie de activiteiten heeft uitgevoerd tot dat moment doet er ook niet toe.
Huishoudelijke ondersteuning in de toekomst: hoe bepaal je dat?
In verschillende afgehandelde zaken zijn kosten voor huishoudelijke hulp afgekocht. Vanuit het gelijkheidsbeginsel mag je ervan uitgaan dat je die kosten dus kan opvoeren en dat die voor de toekomst worden afgekocht.
In de praktijk wordt uitgegaan van minimale uren die vergoed worden. Vanuit de belangenbehartigers wordt veelal al een laag aantal uur voorgesteld en in “onderhandeling” wordt daar vaak ook wat van afgesnoept. Tot nu toe ben ik nog geen situatie tegengekomen waarbij een berekening heeft plaats gevonden om een weloverwogen inschatting te ondersteunen. Dat is op zich al raar.
Ook hierbij geldt dat niet alleen veteranen dit willen regelen. Gelukkig hebben wij in Nederland een Letselschaderaad. Zij voorzien in Richtlijnen die helpen om op een standaard manier schadeposten vast te stellen. Je mag ervan uit gaan dat jouw advocaat hiervan op de hoogte is want de LSA (Vereniging van Letselschadeadvocaten) is toehoorder. Deze Letselschaderaad heeft een Richtlijn Huishoudelijke Hulp vastgesteld.
Zij gaan uit van een berekening op basis van GITHA (Gestandaardiseerde Inventarisatie van Taken in de Huishoudelijke Arbeid). Dat is een rekentool die gebruikt wordt door arbeidsdeskundigen, letselschadeverzekeraars, letselschadeadvocaten, vakbonden, gemeentelijke instellingen, instanties in de thuiszorg en anderen als het gaat om het gefundeerd vaststellen van de omvang van het huishoudelijk werk. Ze zouden dit in ieder geval kunnen gebruiken.
Met deze tool wordt in kaart gebracht hoeveel uren voor huishoudelijke taken voor het gehele huishouden geldt en hoeveel uur voor de te beoordelen persoon. Belangrijk verschil is benadering van het overnemen van taken door overige gezinsleden. Zij nemen aan dat een deel van de taken overgenomen worden, maar rekenen dan dat 2/3e van de begrote uren vanuit de GITHA-berekening van toepassing zijn. Voor een alleenstaande geldt dit natuurlijk niet.
Omdat het niet ongebruikelijk is dat defensie zich op de positie stelt dat 2 of 3 uur per week ruim voldoende is, lijkt het niet onverstandig om te verzoeken om een berekening zoals de Letselschaderaad dit voorstelt.
Tot welke leeftijd reken je?
Het komt vaak voor dat huishoudelijke hulp berekend wordt tot een bepaalde leeftijd. Het argument is dat dit gebruikelijk is. Sinds 2014 is deze leeftijdsgrens uit de Richtlijn gehaald omdat de levensverwachting van mensen hoger is geworden. Het is dus helemaal niet gebruikelijk. Via het CBS zijn gegevens op te vragen over de leeftijdsverwachting per geboortejaar. Daarmee heb je geen zekerheid dat je die leeftijd haalt, maar kom je vast boven de leeftijd uit die voorgesteld wordt en kan je een onderbouwd tegenvoorstel doen.
Toekomstig artikel
Op 4 november 2022 heeft de Commissie van Advies Volledige Schadevergoeding een advies gegeven over zorgbehoefte en Wmo of Wet Langdurige Zorg (Wlz) waarin twee hele interessante opmerkingen staan. De eerste betreft het opnemen van een financiële garantie (mochten voorwaarden wijzigen waardoor minder zorg via Wmo of Wlz beschikbaar worden). De tweede stelt dat bij het vaststellen van de zorgbehoefte voor de toekomst de samenlevingsvorm van betrokkenen geen rol mag spelen. Als betrokkene op enig moment alleen komt te staan, moet hij of zij nog steeds in staat zijn om zijn zorgbehoefte in te kunnen vullen. Dit laatste zou in kunnen houden dat elke berekening op basis van een eenpersoonshuishouden uitgevoerd zou moeten worden. Op dit advies kom ik in een toekomstig artikel terug.
Bronnen:
https://wetten.overheid.nl/BWBR0008406/2015-06-24#Hoofdstuk3_Artikel9 Voorzieningenregeling voor militaire oorlogs- en dienstslachtoffers
https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR100891 Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden
https://open.overheid.nl/documenten/ronl-249838f38a554be5f498f9705b08acfdcdb96bf3/pdf Advies CAVS over huishoudelijke hulp vergoeding
https://deletselschaderaad.nl/ Site van de Letselschaderaad
https://deletselschaderaad.nl/wp-content/uploads/DLRichtlijn-Huishoudelijke-Hulp-2022-2.pdf Richtlijn Huishoudelijke Hulp
https://www.ergolabresearch.eu/githa.html Informatie over GITHA
https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/rapporten/2022/11/04/internetpublicatie-advies-nr.-2022-071-04-11-2022-nadere-vaststelling-schade/Internetpublicatie+advies+nr+2022-071+%2804-11-2022%29+nadere+vaststelling+schade.pdf Advies CAVS voor toekomstig artikel